Irénée Duriez
(geboren in 1950 te Torhout) verwierf bekendheid als beeldhouwer en maker van hoofdzakelijk vrouwelijke figuren, als schepper van een oorspronkelijk robuuste en daarna geleidelijk zuiverdere en slanke elegantie. Brons is zijn bouwstof, de afbeelding zijn taal. Zo treedt hij in de voetsporen van artiesten als Rodin, Maillol en Grard. Hij beschouwt het levende model als een stimulans, als een bron van creativiteit, die hem intrigeert, raakt en verleidt in zijn verschillende houdingen, standpunten, gevoeligheden en emoties.
Zijn werk is een ode aan de jonge vrouw. Een bewuste keuze die tot uiting komt in de verfijning van zijn driedimensionale aanpak, in de verwezenlijking van handen, voeten en gezicht, in de subtiele integratie van een tastbare emotie, spieren en spanningen. Het is gekend dat beeldhouwers volumes graag aanraken en betasten – een kuit, een dij, een rug – om daarna die voelervaring te herhalen, als het ware op basis van het geheugen van hun handen. De aangeraakte vorm ligt verankerd in de hand en vertaalt zich vervolgens in klei of was. In zijn figuren wil Irénée Duriez perfectie en gevoeligheid weergeven, zijn vakmeesterschap en creativiteit roemen en respect betonen voor de lichaamsvorm van zijn model. Zijn beelden belichamen de triomf van het volume, weerspiegelen zijn basisvisie over de beeldhouwkunst en geven een vrouwelijk en bloeiend sensueel archetype weer..